Taipei ’23 – dag 19: Bananenvriendinnetje
Môgguh.
Kwart voor 8. Mij veel te vroeg. Ik word vandaag niet wakker van mijn wekker, maar van de regen. Elke keer als ik denk dat het niet nog harder kan regenen, blijkt dat de volgende dag toch niet waar te zijn.
Om 9 uur zit ik op school. Met een kopje koffie bij me (warm, deze keer). Ik heb sowieso al moeite om in slaap te vallen, dus ik slaap hier sowieso niet eerder dan 12 uur ‘s nachts. Meestal wordt dat dan wakker liggen tot ongeveer 2 uur of half 3. Dan word ik om 5 uur nog even wakker, en dan word ik wakker op het moment dat de dag begint. Ik lig van mezelf al vrij lang wakker, maar het wordt hier wat erger door het matras. Ik slaap op met een dun laagje stof bedekte springveren. Eerst vond ik dat het wel meeviel, maar ik kom ‘s ochtends op steeds meer plekken op mijn lichaam schaafwonden tegen. Helemaal kut met peren.
Op school leer ik wat leuke dingen. Onder andere dat vaderdag hier op 8 augustus gevierd wordt, omdat je die datum hetzelfde uitspreekt als het woord voor ‘papa’, namelijk ‘baba’. Verder leer ik dat het Chinese woord voor ‘een stijve nek hebben door in een slechte houding te slapen’ letterlijk vertaald kan worden naar ‘je kussen kwijt zijn’. Tsja, zit wat in. 🤔 Ohja, en een kalkoen is een vuurkip, want dat ding op z’n kop lijkt op vuur.
Na de les koop ik een gestoomd broodje. Tijd om thuis even bij te komen. Alhoewel het vandaag wel weer wat beter gaat, ik ben niet zo moe van de les als dat ik gisteren was. Rond 2 uur vind het het wel tijd om even naar buiten te gaan. Ik wil vandaag naar een 文具店 oftewel, een kantoorboekhandel. Je hebt hier hele dure (naja, Nederlandse prijzen) en Action-achtige exemplaren met redelijkere prijzen. Ik kies ze uit op basis van de foto’s die er op Google staan. Ziet ik eindeloze gangpaden vol goedkope zooi? Dan ga ik daar heen!
Het Chinese woord voor dit soort winkels laat zich vertalen als ‘schrijfmaterialenwinkel’, en dat moet je dan ook in het breedste begrip opvatten. Ze hebben er eindeloze schappen vol papier in alle kleuren, maten, en met allerlei opdrukken (kleine ruitjes, grote ruitjes, horizontale lijntjes, verticale lijntjes, puntjes, niks, lijntjes met puntjes er doorheen, etc.). Verder hebben ze er pennen, stiften, markers, Post-its in alle kleuren, vormen en maten, heel veel ansichtkaartjes, verjaardagskaarten, en kaarten voor alle andere gelegenheden. Natuurlijk ook in alle maten, van groter tot A4 voor de prachtigste bedankjes tot … ik denk A7 voor de wat minder extravagante aangelegenheden. Verder hebben ze er muren aan knuffels, van zo groot als je hoofdkussen tot ieniemini. Ik vind tussen de knuffeltjes een megaschattig banaantje dat ik aan mijn tas kan hangen, dus die gaat mee. Nu ik dit schrijf, besluit ik dat banaantje ook een naam moet hebben. Bij deze introduceer ik jullie graag aan: Bonny Banaan.
Bonny maakt mijn dag gelijk een stuk vrolijker. Niet dat die niet vrolijk was hoor, maar kijk dan naar dat gezichtje! At the time of writing staat Bonny rechts naast mijn laptop, me nog steeds veel te vrolijk aan te kijken. Koekie zit links. Het is best wel een gezellige boel zo. 😃
In de winkel laat ik mezelf verder verleiden tot de aanschaf van drie kaartjes, een schriftje, een gum in de vorm van een pen (die dingen kan je in Nederland alleen in tekenwinkels kopen, en dat vind ik irritant), en dus mijn lieve, nieuwe, bananenvriendinnetje. Omgerekend 6,50 euro later sta ik weer buiten. Ik vind het niet slecht. En dat bij 西門町 Ximending (kort: 西門 Ximen) in de buurt, de buurt waar alle special snowflakes + accessoires van Taipei lopen en het leuk moeten hebben omdat ze jong zijn en extravagant. Mening. Ja. Zal ik uitleggen.
Ximen was een aantal jaar geleden een artistieke wijk. Er stonden allemaal kraampjes met artiesten en kunstenaars die hun (hand)werk lieten zien en verkochten. Daardoor is de wijk iets té bekend geworden onder het toeristisch volk, waardoor het nu eigenlijk niet meer leuk is.
Punt 1: Het is er eigenlijk altijd te druk op momenten dat iemand met normale werktijden vrij is. Dinsdagmiddag was voor mij dus wel een goed moment, want het was er niet zo druk.
Punt 2: Alle winkeltjes in Ximen zijn daardoor goedkoop gemaakte, duur verkochte, toeristische rotzooi gaan verkopen. Ja, je vindt er heel veel grappige magneetjes, maar als je goed kijkt, zit alles scheef op elkaar gelijmd. Aan alle sleutelhangers zitten minstens drie ringetjes die bij de eerste en de beste trap die je op- of afloopt kapot gaan. En overal lopen mensen die schreeuwen「買一送一」en dan vervolgens voor ons westerlingen erachteraan “BUY ONE GET ONE FREE”. Ik kan vrij slecht tegen winkeleigenaren die op me aflopen omdat ik er niet uitzie als een local, dus Ximen is niet echt mijn ding.
Punt 3: In Ximen lopen vooral vriendengroepen van ongeveer vijf à zes mensen groot. Misschien zij die naar de bioscoop gaan, misschien zij die op zoek zijn naar een lekker hapje. Maar door de door hen gedragen accessoires zijn ze ieder zo breed als twee personen met een omgevingsbesef van het oude opaatje die gisteren bijna werd aangereden door de fietser. Als enkeling loop je in Ximen dus eigenlijk alleen maar grote groepen te ontwijken.
Gelukkig was de kantoorboekhandel ergens in een kelder, dus ik heb de hele wijk vandaag maar vijf minuten gezien omdat ik even schuilde van de regen.
Blij met mijn aankopen stap ik weer in de metro naar huis. Daar gebeurt iets opmerkelijks. Een Taiwanees-uitziende man staat met zijn zoon een beetje verward te kijken. Beide heren hebben een rolkoffertje in de hand. Half aan mij vragen ze met een zwaar Chinees accent in het Engels of dit de blauwe metrolijn is en hoe ze bij Shandao Temple komen. In het Chinees antwoord ik dat ze hier goed staan en mochten ze zich afvragen waar de blauwe lijn is die de andere kant op rijdt, dat dat de verdieping hieronder is. Deze structuur van twee verschillende metrolijnen die aan weerskanten van het perron stoppen bevordert ieders overstapsnelheid, maar als je het nog nooit gezien hebt dan vraag je je wel gelijk af hoe je dan bij de metro komt die de andere kant op rijdt. Meneer en zoon gaan ook gelijk verder in het Chinees (had het accent dus goed ingeschat) en zijn blij met de hulp. Als ik weg loop krijg ik in het Engels nog een: “Thank you very much, and in Chinese!” Ik glimlach en antwoord: 理所當然 wat zoiets betekent als “Hoe had het ook anders kunnen zijn?”
Tsja, zo help je als buitenlander nog eens iemand die er als local uitziet. Ik denk overigens dat de heren wel Taiwanees waren, maar misschien uit een andere stad komen, en dus niet zo bekend zijn in Taipei.
Vlak bij mijn dorm is een tentje dat gefrituurde kip in allerlei vormen en maten verkoopt, dus ik bestel maar eens een 無骨雞腿排 oftewel een stukje van een kippenpoot, zonder bot. Het blijkt een gefrituurde kippendij te zijn. Prima. Inmiddels gaat het weer regenen, en steeds en steeds harder. Eenmaal thuis jeukt alles van een combinatie van opgedroogd zweet en regenwater en ik wil eigenlijk linea recta richting douche. Maar, ik moet nog boodschappen doen, en ik wil ook nog een cake kopen om morgen mee naar school te nemen. De regen zet door en lijkt ook absoluut niet te gaan stoppen. Dan maar met paraplu naar buiten om de laatste dingen te halen. Het wordt een 杏仁咖啡蛋糕捲 (dus een amandel-of-abrikoos-koffie-cakerol). Amandel of abrikoos, you ask? Tsja, 杏仁 kan het allebei betekenen, dus dat zullen we morgen wel proeven.
Bij de super koop ik nog een stokbroodje en een pakje gezouten boter, want daar heb ik zin in. Thuis blijkt het stokbrood geen slachtoffer te zijn geworden van broodverkrachting en het is zowaar wat ik me ervan heb voorgesteld! 😃
Morgen weer een dag!
🧺