Taipei ’24 – Dag 23: Oranje boven!
Zaterdag 27 april
Koningsdag in Taipei?
Oh jawel!
Er is hier in Taiwan namelijk gewoon Nederlandse vertegenwoordiging. 荷蘭在台辦事處 oftewel The Netherlands Office Taipei. En wij kwamen erachter dat die ook allemaal Koningsdagevenementen organiseren. Daar moesten we even gaan kijken, natuurlijk! Dus wij in de metro. Het is niet ver, maar twee stations. Eenmaal aangekomen lopen we door een nauwe straat, steken vervolgens een wederom veel te groot kruispunt over en komen aan bij een grijs gebouw. En nu? Volgens de uitnodiging die op Facebook stond is dit wel degelijk het adres. Dit behoeft wat rondgeloop. Achter het gebouw spotten we inderdaad iemand die oranje draagt. Dat is niet echt een kleur die je vrijwillig draagt, ook (zelfs) de Taiwanezen niet. Dus, dat moet wel te maken hebben met onze Prins Pils.
Ondertussen komen we op straat geplakte stickers tegen die ons vertellen dat we inderdaad de goede kant op lopen.
En ja hoor, achter het gebouw, op een veld. Daar staan allemaal tenten. Oranje. En wel een stuk of vijftig, zestig mensen in het oranje. We lopen er maar heen, ondanks dat ons enige oranje detail mijn schoenen zijn. We lopen er een rondje. Er zijn allerlei kraampjes: met bitterballen, kaassoufflés, frietjes, pannenkoeken, en stroopwafels. Alles staat in het Mandarijn en in het Nederlands aangegeven, best wel gek om te zien. Nog gekker is dat iedereen om ons heen ook ineens Nederlands praat. Naja, heel gek is het natuurlijk niet, want Koningsdag. Maar wel apart om van een volledig Chinese wereld ineens een soort van in je eigen thuiswereld terecht te komen. Maar dan wel met de Taiwanese temperaturen en bijbehorende stortbuien.
We zijn wel benieuwd naar de Taiwanese ‘bitterbal’, dus we halen een bakje snacks en gaan onder een grote oranje tent op een terras zitten. Daar ga ik maar eens kletsen met de mensen om me heen, onder andere een oudere vrouw die vertelt dat ze elk jaar vijf weken naar Taiwan komt om haar dochter op te zoeken. Die woont hier, is getrouwd met een Taiwanees, en heeft twee kinderen.
De mevrouw vraagt zich af hoe ze aan ons kan zien dat we Nederlands zijn. “Nou, we spreken Nederlands.” Ze vindt dat we eigenlijk oranje aan moesten hebben. Dat beaam ik maar, maar ik leg ook maar even uit dat wij het hele concept ‘Koningsdag’ mentaal geskipt hadden omdat we toch niet thuis zouden zijn. En nu kwamen we het ineens tegen. Tsja, dan gaan we niet eerst de stad in voor oranje kleren. Dat kon ze ergens wel begrijpen.
Ze vertelt verder, over haar twee kleinkinderen. Hoe ontzettend hard die wel niet moeten werken hier op school. Ze vindt het zielig voor ze, ondanks dat ze daar helemaal niks aan hebben. De kinderen hebben geen keus. Zij groeien op in een land dat een andere definitie heeft voor de begrippen hobby en vrije tijd dan we in Nederland hebben. Even later klets ik ook nog even met de dochter van de mevrouw en met een willekeurige Nederlandse student die ook in Taipei woont en nu dus helpt bij het organiseren van Koningsdag. Van hem weet ik nu dat hij thuis niet aan Koningsdag en Sinterklaas doet, maar hier wel. Goodness, de willekeurige dingen die je van mensen komt te weten als je ze een paar vragen stelt! Ik vind het wel amusant.
Even over die bitterballen, kaassoufflés en frietjes trouwens.
(We kregen een bakje waar drie bitterballen, drie kaassoufflés en vier frietjes in zaten, vrij weinig aan te kiezen, maar je moet een gegeven paard niet in de bek kijken.)
De kaassoufflés waren prima. Die waren geïmporteerd, dus allejezus zout, kazig, en crispy. Lekker dus. 🤣 Ondanks dat ik ze in Nederland niet vrijwillig eet (ik ga sowieso voor de kroket) eigenlijk best lekker. De frietjes waren ook prima. Maar de bitterbal..! Verschrikkelijk.
Die was nagemaakt op vorm en een beetje op kleur, maar niet op inhoud. Qiao Shan had zelfs een lege, maar goed. Dat er met het frituren wat mis was gegaan konden wij nog snappen. De inhoud, echter… die smaakte echt heel erg niet naar bitterbal. Meer naar rundvleesnoedelsoep eigenlijk. Geen idee wat voor kruiden er eigenlijk in horen te zitten, maar dit was het niet. Die vielen dus een beetje tegen. Maar, wij vonden de poging wel te waarderen. 😊
Na ongeveer anderhalf uur zijn we weer opgestapt. Op de weg naar buiten hebben we nog een stroopwafel meegenomen. Die waren vers gemaakt! Ondanks dat ze ietsje te knapperig waren, waren ze wel heel erg lekker. 😋 Leuk om hier eens mee te maken!
Op nog geen honderd meter van waar dit allemaal gehouden werd was ook een jademarkt. Daar verkochten ze niet alleen jade, maar ook heel veel andere kunst-en-niet-zo-kunstwerken. Je keek er je ogen uit, maar iets kopen, ho maar. Nergens stonden prijzen bij en wij zijn alledrie absoluut ongeschikt om te onderhandelen. Ik zou al niet eens weten wat redelijk is. Daarnaast, ik wil de kilo’s in m’n koffer graag gebruiken voor boeken, niet voor jade.
Achter de jademarkt was ook nog een heel grote bloemenmarkt. Denk tuincentrum x Xenos, en dan XXXL. Dan zit je wel ongeveer in de buurt. Leuk om een keertje doorheen te lopen en alle bloemen te zien en te ruiken. Mocht je hooikoorts hebben, ga er dan vooral niet heen.
Na de bloemenmarkt en nog bijbehorende Artist’s Corner (met verkopers die je naar hun tafel proberen te lullen) hebben we ongeveer tien meter door het 大安森林公園 Da’an Park. Daar vonden we eigenlijk alledrie niks aan, dus gauw maar weer de metro in en naar huis. Nog even aan het huiswerk en daarna aan het avondeten. Morgen gaan we voor het eerst met een echte Taiwanese trein, naar 十分 Shífēn, 平溪 Píngxī, en 猴硐 Hóutóng. Ik ben benieuwd!
🧺