Taipei ’23 – dag 7: Hemelwater
Ja, ik heb mezelf vanochtend vervloekt toen ik mezelf hink-stap-sprong over de opengeslagen koffer c.q. provisorisch droogrek heen moest manoeuvreren. Ja, alle t-shirts waren droog! En ze hingen er nog, niet geheel onbelangrijk. Ik ben gisteren te laat gaan slapen, dat wist ik toen ook al, maar daar heb ik toen bewust voor gekozen. Nu vind ik dat niet zo leuk, maar dat heb ik zien aankomen. Ik werk slaperig een mantou (zeg: mantoo, gestoomd broodje) van gisteren weg en begeef mij naar school. Daar hebben we het vier uur lang over allerlei dingen en ik heb niet het gevoel dat er iets is geweest dat ik niet verstaan heb. Ik vind het leuk!
Met een klasgenootje koop ik na school wat broodjes om mee te lunchen. We kletsen over onze bevindingen in Taiwan. Volgende week gaan we wat samen doen, spreken we af. Ik vind het leuk! Erna wandel ik terug naar mijn kamer om mijn huiswerk te doen. Schrijf tien zinnen met het woord 把 dat zoiets als ‘oppakken’ betekent. Het is een aparte constructie, niet beschikbaar in het Nederlands noch het Engels, maar wel heel logisch, en duidelijk. Er is niet zo veel niet aan te snappen, zeg maar. Fijn voor mij als taalautist. Het lastigst vind ik nog om steeds nieuwe zinnen te bedenken. Het gaat bij mij vervaarlijk vaak over thee drinken. Och, je bent in Azië, of je bent niet in Azië, toch?
Natuurlijk wordt het weer lekker heet (35 graden, voelt als 39) en natuurlijk hebben we wat te doen vanmiddag. Diet vliegt zondag weer naar huis, dus voor die tijd moeten we heel Taipei doorgelicht hebben. We werken wat af zeg! Vanmiddag gaan we naar de Dr. Sun Yat-Sen Memorial Hall. In karakters is dat 國父紀念館 oftewel: Herdenkingshal van de Vader des Vaderlands. Dat is Sun Yat-Sen ook wel, want Taiwan is ingericht op wat hij bedacht heeft. En dat heeft als resultaat een klein, sterk, democratisch, geordend, mooi landje. Ik doe het Dr. Sun niet na. (Buiten het feit dat zo veel verantwoordelijkheid me verschrikkelijk lijkt, bezit ik ook de benodigde sociale capaciteiten niet die nodig zijn voor dit soort acties.)
Voor de hal zouden normaal allemaal bloemen moeten staan, maar dat is nu even niet zo. In plaats daarvan is het een grote bouwplaats met bijbehorende geluiden. Ziet er lelijk uit, maar onderhoud moet ook gebeuren.
We beklimmen de traptreden naar de hal, zien wederom een gigantisch beeld zitten met wel een iets ander hoofd, en zien weer twee ge-uniformde mannen op wacht staan. Hey, die kennen we! Gisteren ook gezien! Nadat we het grote beeld goed bekeken hebben en ik een poging heb gedaan de redelijk klassieke tekst erachter te lezen (wat niet echt lukt, want moeilijk Chinees, ondanks een vrij brede kennis van verschillende Chinese karakters en een halfjaar aan lessen Klassiek Chinees) bekijken we het bijbehorende museum. Zoals alles in Taipei is dat netjes gemaakt, mooi schoon, met prachtige kleuren. Taiwanezen kunnen goed ordenen en informatie goed logisch neerzetten in allerlei verschillende talen. Dat vind ik knap. Ik heb er nog weleens moeite mee om dat te doen.
We vinden natuurlijk ook een gift shop. De magneetjes zijn mooi, dus die kopen we. Ze hebben de vorm van Taiwan en alle grote steden staan er in karakters op. Dat hebben we liever dan in letters! Ik eentje, Diet twee. De mevrouw van de winkel vraagt of we het wisselen van de wacht al hebben gezien. Ik zeg dat we dat gisteren bij Chiang Kai-Shek hebben gezien. De mevrouw raadt ons aan hier ook even gauw te gaan kijken (het is al 3 over 4, dus ze zijn al bezig!) want deze is wel erg anders. Wij snellen er naartoe en spelen vervolgens ‘zoek de verschillen’, want naar ons begrip is deze precies hetzelfde. Imposant en gaaf is het nog steeds, dus we kijken blij toe.
Als we de hal verlaten begint het te regenen. Nou komen wij wel uit Nederland, maar deze bui was toch wel heel erg. Ik heb ‘m in ieder geval verkeerd ingeschat (Diet niet, die is zoals altijd perfect voorbereid en heeft een paraplu mee). Nog geen drie minuten later staan we in een telefoonhokje en kan ik meedoen aan elke willekeurige natte-t-shirten-wedstrijd. Niet dat ik dat zelf zou willen hoor, maar ik heb genoeg zelfspot én ik voel genoeg water langs me druipen dat ik me bewust ben van hoe ontzettend zeik- en zeiknat ik ben. Holy moly, wat een water komt er hier naar beneden.
Het klopt ook wel met mijn Chinese naam dat ík zeiknat ben en verder iedereen met paraplu’s loopt. Mijn Chinese naam is namelijk 安雨雯 en het middelste karakter(雨)betekent regen. Het derde(雯)betekent zoiets als gekleurde wolken / een beetje regen. Dus eigenlijk heb ik dit over mezelf afgeroepen.
Gezien de donkerte des hemels gaat deze regen nog niet stoppen, dus samen onder Diets plu vluchten we naar – je raadt het vast al – een metrostation (ding ding ding, door voor de wasmachine?). Op naar de Underground Mall. Daar krijg ik het natuurlijk koud (natte kleren + airco = slecht idee). Maar we willen koffie, en dat zullen we krijgen ook. Dan maar naar de 星巴克 oftewel Starbucks. De Chinese naam klinkt als Starbucks, en betekent ook nog zoiets. Goede vertaling! Ik word altijd vrolijk van goede, mooie, leuke of grappige Chinese vertalingen of teksten. Zo vonden we in het winkeltje vandaag ook een t-shirt met aan de voorkant 成功 oftewel ‘succes hebben’, en op de rug stond 努力 oftewel ‘hard werken’. Winkelmevrouw legde uit dat ze dat zo hadden gedaan omdat achter ieder succes hard werken staat. Veel en veel te flauw, dus ik vond leuk. Nadat ik het verhaal had vertaald, Diet ook. 😀
Half zeven. Honger. Ik zoek een tentje waar ik van een Chinees menu willekeurige dingen kan bestellen en dat lukt. Metro in, metro uit, straat naar links, rood uithangbord, “twee personen alstublieft” en wij zitten. Ik bestel vier dingen, waarvan er twee niet meer zijn. Helaas… mevrouw heeft een suggestie die ik niet versta maar wel ja op zeg. Lijkt me – gezien we beide nergens allergisch voor zijn – de meest praktische optie, en daar ben ik bijna altijd fan van.
We eten wat dumplings in bouillon en wat pannenkoekjes met rundvlees en ui. Lekkah! Dan zoeken we nog een mantouwinkeltje voor Diets ontbijt morgen. Het hotelontbijt gaat er niet op vooruit. Soms wordt er een poging gedaan iets westers te serveren, maar dat wordt dan wel van andere dingen gemaakt dan dat wij dat zouden doen, dus smaakt niet zoals je verwacht. Ik snap wel dat Diet daar geen zin in heeft. Je kunt beter gewoon uitzoeken wat je lekker vindt aan de lokale cuisine en desnoods iedere ochtend hetzelfde ontbijten, als je geen ochtendmens bent en een hekel hebt aan ‘s ochtends zelf je ontbijt regelen (ik dus).
We wandelen vierhonderd meter door twee straten, met auto’s, scootertjes, mensen met paraplu, mensen zonder paraplu, zigzaggen tussen (on)handig geparkeerde auto’s door, stappen over plassen water heen (en soms in). Onderweg staan we ineens bij een tempel. Dat vind ik zo fantastisch aan Taiwan: tussen de moderne huizen ineens één of andere tempel waar een lokale godheid vereerd wordt. Prachtig zijn ze, die kleine tempels. Ze voegen iets heel gaafs toe aan het straatbeeld. We slaan nog ergens een hoek om (ik loop ook maar mijn telefoon met Google Maps erop achterna) en stoppen voor een nog geen anderhalve meter brede vitrine waar broodjes in zouden moeten liggen maar dat niet doen. Ik kijk erachter en zie daar een stellage staan met allemaal broodjes erop. Dan zitten we goed! Ik kijk verder in het veel te smalle gangetje en zie een pluk haar bewegen. Daar blijkt een mevrouw aan te zitten die ons mantou komt verkopen. Fijn! Ik vraag om vier witte en betaal daar 48 yuan voor (nog geen 1,50 euro). We bedanken de mevrouw en lopen dezelfde weg als die we gekomen zijn weer terug naar het metrostation. Het is tijd om naar huis te gaan. We zijn moe, ik wil douchen (want alles aan mij is nog steeds vochtig van de regen) en wil hangen. Morgen weer een dag!
…
Ja, er is een biertje vandaag. Witbier. 4,5% alcohol. Het smaakt mij goed, deze krijgt een 9/10. Die mag wel vaker op bezoek komen in mijn kamer (maar als het blikje leeg is moet je het gelijk weggooien anders heb je mieren, en ja, die fout heb ik natuurlijk ook al gemaakt).
暗安 (àm-an) (Taiwanees, niet Mandarijn, voor ‘good night’).
🧺